anko-infographic

Consumentendata Onderzoek

De coronapandemie heeft grote invloed op het gedrag van consumenten, ook in de kappersbranche! De ANKO doet hier al anderhalf jaar onderzoek naar en deelt graag de belangrijkste inzichten met jou. Bekijk hieronder de infographics  en de belangrijkste resultaten. Onder andere over waarom consumenten minder vaak of niet naar de kapper gaat.

ANKO-leden krijgen via deze link exclusief toegang tot het volledige onderzoeksrapport.


Omgaan_met_seksueel_wangedrag_ANKO

“Het slachtoffer is altijd leidend”

Omgaan met seksueel wangedrag.

Wat doe je als je als werkgever wordt geconfronteerd met grensoverschrijdend gedrag? Saloneigenaar Willem Jansen* maakte het mee en vertelt over zijn ervaringen. “Ik heb geleerd eerder te vragen of ik iets kan doen.”

“Als man werk ik in een team met veel vrouwen”, vertelt Willem. “Ik heb meerdere keren meegemaakt dat klanten de grens opzochten, of eroverheen gingen. Het verschilt per kapster hoe diegene ermee omgaat. Ik heb een kapster in dienst die zelf goed gebekt is en het weglachte. Ik ging er hierdoor van uit dat ik niet hoefde in te grijpen. Dit bleek helaas een misvatting. Want toen we er onlangs intern over spraken, bleek dat ze het echt niet fijn vond en dat de klant te ver was gegaan. Ik neem het mezelf kwalijk dat ik niet heb ingegrepen en heb ervan geleerd: dit overkomt me niet nog een keer.”

Verantwoordelijkheid

Was Willem zich ervan bewust dat hij als werkgever verantwoordelijk is voor een veilige werkplek? “Jazeker. Dit staat in onze cao en wij hebben dan ook al een tijdje een preventiemedewerker die mij ondersteunt bij de zorg voor de dagelijkse veiligheid en gezondheid. Meldingen over grensoverschrijdend gedrag van klanten en collega’s komen in eerste instantie bij haar terecht. Sinds de BOOS-uitzending – over seksueel wangedrag bij The Voice of Holland ­– hebben we een extern bureau ingeschakeld. Daar kan de preventiemedewerker terecht als ze niet weet hoe ze iets moet aanpakken én daar kunnen mijn medewerkers direct een melding doen als het over mij gaat. Ik heb met opzet voor een extern bureau gekozen, zodat mijn medewerkers zich vrij voelen een klacht over mij in te dienen. Ik wil hoe dan ook een veilige omgeving creëren: is er iets niet oké, dan moet iedereen dat durven melden. Ook anoniem.”

Niet altijd seksueel

Ook tijdens bedrijfsfeestjes werden werknemers van Willem weleens lastiggevallen. “Dit werd door andere teamleden opgelost of ik kwam erbij om de situatie te sussen. Als dit niet was gebeurd, had ik met de betrokken medewerker besproken welke stappen zij wilde dat ik zou nemen. Want het slachtoffer is hierin altijd leidend – en wij staan voor ons personeel.” Overigens geeft Willem aan dat grensoverschrijdend gedrag niet altijd seksueel getint is. “Het kan ook dreigend zijn. Toen een afspraak van een klant wegens ziekte voor de tweede keer werd verzet, eiste hij dat de afspraak zou doorgaan. Door dit soort voorvallen zijn we intern meer met elkaar in gesprek gegaan en hebben we ons protocol aangescherpt. Zo gaan we niet in discussie met boze klanten: we melden dat we op een later moment terugbellen.”

Praat erover

“Het is sowieso belangrijk om dit soort onderwerpen te bespreken”, vindt Willem. “Tussen collega’s onderling en richting de werkgever – al dan niet via een tussenpersoon. Andersom vind ik het belangrijk dat een medewerker weet dat hij of zij niet alles hoeft te accepteren, daar ben ik heel duidelijk in. Wat ik andere ondernemers zou willen adviseren? Zorg dat duidelijk is wat een medewerker kan doen in het geval van grensoverschrijdend gedrag en zorg dat iedereen zich veilig genoeg voelt om het te melden. Maar waak wel voor overregulatie: probeer de balans te zoeken. Ik realiseer me heel goed dat ik makkelijk praten heb, want ik werk met een groot team. Voor een team van drie mensen is dat natuurlijk een stuk lastiger. Het belangrijkste is: praat erover.”


* Deze naam is om privacyredenen gefingeerd.


Seksueel_wangedrag_voorkomen_ANKO

Seksueel wangedrag: voorkomen & mee omgaan in jouw salon

Seksueel grensoverschrijdend gedrag – of korter genoemd: seksueel wangedrag – kan plaatsvinden in jouw salon, zonder dat je het in de gaten hebt. Je kunt nou eenmaal niet altijd overal aanwezig zijn en het is waarschijnlijk dat de betrokkenen het voor jou verborgen willen houden. Ofwel omdat dit gedrag niet door de beugel kan (de dader), ofwel vanuit schaamte (het slachtoffer). Toch ben jij als werkgever verantwoordelijk voor een veilige werkomgeving voor jouw teamleden.

Exclusief voor leden heeft de ANKO een infoblad gemaakt met preventietips en informatie over wat te doen bij seksueel wangedrag. Check het infoblad >


Experts_seksueel_wangedrag_ANKO

Experts over seksueel wangedrag in de salon

Seksueel wangedrag in de salon

Prof. dr. Aukje Nauta is organisatiepsycholoog en houdt zich bezig met gedrag op de werkvloer. Daarbij hoort ook grensoverschrijdend gedrag. Drs. Nynke Nijman is ook psycholoog, maar dan gespecialiseerd in seksualiteit. Ze was de afgelopen tijd regelmatig te zien in talkshows, naar aanleiding van de misstanden bij The Voice of Holland. We legden de experts drie vragen voor over seksueel wangedrag in de kappersbranche.

Als kapper kun je aanraking niet vermijden; het is een contactberoep. Is dat van invloed op wat iemand als ‘grensoverschrijdend’ kan ervaren?

Aukje: “Kappers lopen zeker een risico. Vooral als je als kapper bij mensen thuis over de vloer komt. Heel anders dan als je knipt in een salon in een winkelgebied. Dan zit je in een publieke ruimte waar dus sociale controle is. Beide partijen weten dat er aanraking in het spel is. Maar uit onderzoek blijkt wel dat in contactberoepen – ook in de zorg bijvoorbeeld – het risico bestaat dat een enkeling het leggen van contact anders ziet en vervelende opmerkingen maakt. Overkomt dit een medewerker in jouw salon, dan is het extra belangrijk dat je als leidinggevende steun geeft: erover praten is belangrijk. Voor een zzp’er is dat natuurlijk lastig. Dan is het fijn om een netwerk van zzp’ers te hebben, zodat je erover kan praten en elkaar steun kunt bieden.”

Nynke: “Als kapper kom je in de persoonlijke ruimte van je klanten. Maar of je aan iemands hoofd zit of een bil grijpt, daar zit nogal verschil in. Het is duidelijk dat dat laatste veel te ver gaat. Er zijn alleen ook aanrakingen waarbij niet helemaal duidelijk is of een grens is overschreden. Het gebeurt – of lijkt te gebeuren – in het voorbijgaan of als je klant zijn koffie pakt, bijvoorbeeld. En er zijn mensen die van nature heel aanrakerig zijn en daar verder niets mee bedoelen. Dat zou inderdaad sneller kunnen voorkomen in een kapsalon, omdat je als kapper een band opbouwt met klanten en omdat je nu eenmaal al dicht bij elkaar bent. Aan de andere kant ervaart een kapper dit wellicht minder snel als grensoverschrijdend, omdat een kapper klanten persoonlijk kent en hij of zij zich in de basis wellicht veilig voelt bij hen. Zodra een gevoel van onveiligheid ontstaat, kan je spreken van grensoverschrijdend gedrag. Juist dat maakt het ook een complex onderwerp, want wat veilig of onveilig voelt is heel persoonlijk. Maar wat die persoonlijke grens ook is, hij moet gerespecteerd worden.”

Maakt het persoonlijke – soms zelfs amicale – contact tussen kapper en klant het makkelijker of juist moeilijker om dit onderwerp te bespreken?

Aukje: “Je kunt het een beetje vergelijken met familie: als er een oom is die zijn handen niet kan thuishouden, is het lastig om dat in die vertrouwde omgeving bespreekbaar te maken. Overkomt het jou als vrouwelijke kapper – en je hebt mannelijke collega’s – dan kun je bijvoorbeeld samen afspreken dat die ene nare klant altijd door een mannelijke collega wordt geholpen. Kapsters zijn dan gewoon ‘niet beschikbaar’. Beter nog is het om die vervelende klant aan te spreken; als je alleen werkt zit er bovendien niets anders op. Wat werkt, zijn de vier stappen van geweldloze communicatie. Je gaat dan achtereenvolgens in op jouw waarneming, jouw gevoelens daarbij, de behoefte die je hebt en jouw verzoek. Als een klant seksueel getinte opmerkingen maakt, dan zeg je bijvoorbeeld:

  • stap 1, waarneming – ‘Je maakte net een opmerking over mijn blouse.’
  • stap 2, gevoelens – ‘Ik voel me daar niet prettig bij.’
  • stap 3, behoefte – ‘Ik wil graag op een prettige manier mijn werk kunnen doen.’
  • stap 4, verzoek – ‘Zou je daarom geen opmerkingen over mijn uiterlijk willen maken?’

Dit vergt best wat moed, maar met deze stappen voorkom je dat de ander boos wordt. Het is dus handig ze uit je hoofd te leren. Want door deze stappen heel rustig te volgen, zeg je precies wat nodig is zonder dat het boos of angstig overkomt. Zo vergroot je de kans dat de klant ophoudt met z’n ongewenste gedrag.”

Nynke: “Mijn beste vriendin heeft een kapsalon en kent al haar klanten persoonlijk. Ik denk dat zij het heel moeilijk zou vinden om het bespreekbaar te maken, als een van haar klanten te ver zou gaan. Iemand die je persoonlijk kent, kwets en beschuldig je liever niet. Bovendien staat er een persoonlijke relatie op het spel. Ervaar je een dergelijke situatie en twijfel je hoe je moet reageren? Dan zou je de gebeurtenis eerst kunnen bespreken met een collega of iemand anders die je vertrouwt. Zo’n gesprek kan de zaken in een ander perspectief plaatsen. Ben je bekomen van de schrik, dan kun je bepalen wat je met de situatie wilt en of je de klant er een volgende keer op aan wilt spreken. Ga niet in de aanval, maar blijf rustig en vertel hoe jij je voelde – geschrokken, bedreigd – bij wat de ander deed. Realiseer je dat je klant zich mogelijk niet bewust was van zijn actie. Het is dus voor beide partijen goed als jij aangeeft dat daar jouw grens ligt.
Komt jouw medewerker in zo'n situatie terecht? Dan kun je hem of haar aanbieden om dit gesprek met de klant op je te nemen, zodat hij of zij dit beladen gesprek niet zelf hoeft te voeren. Je kunt de klant vragen naar zijn of haar intentie bij de situatie die het teamlid met je gedeeld heeft. Je medewerker voelt zicht serieus genomen en je klant kan zijn of haar verhaal doen. Nogmaals: in deze situatie bestaat twijfel over de bedoelingen van je klant. Was het een overduidelijke grensoverschrijding - de eerdergenoemde kneep in de bil bijvoorbeeld - dan mag je stelliger zijn en heel duidelijk maken dat jij dit niet accepteert in jouw salon."

Wat kun je als saloneigenaar – met medewerkers in dienst – verder doen tegen grensoverschrijdend gedrag van een klant? Zijn er do’s en don’ts in zo’n situatie

Aukje: “Doe niet alsof het niet gebeurt. Negeer het niet, maar praat erover. Dat gaat niet vanzelf, maar nu er in het nieuws veel aandacht is voor grensoverschrijdend gedrag, is dat een mooie aanleiding voor een werkoverleg over dit onderwerp. Hierbij is het creëren van een veilige omgeving essentieel. Dit kun je doen door met elkaar schaamtevolle situaties te bespreken. Een blauwtje dat je hebt gelopen, die keer dat je uit je broek scheurde of iemand feliciteerde met haar zwangerschap terwijl ze gewoon wat was aangekomen… Uit onderzoek blijkt dat het bevrijdend en ontwapenend werkt als je dergelijke blunders met elkaar deelt: je voelt je opgelucht. Geef als werkgever het goede voorbeeld door je kwetsbaar op te stellen en zelf eerst iets te vertellen waarvoor je je schaamt. Dat werkt ‘besmettelijk’; je creëert er een omgeving mee die veilig voelt om ook over andere ongemakkelijke onderwerpen te praten, zoals seksueel wangedrag. Het is dan natuurlijk wel belangrijk dat je je medewerkers niet veroordeelt of ze beschaamt: het gaat echt om het creëren van een veilige sfeer waar mensen hun verhaal durven te vertellen. Op deze manier kun je veel aan elkaar hebben en elkaar ondersteunen.”

Nynke: “Onderschat de impact niet; neem het serieus en bied ruimte om erover te praten. Benadruk dat niemand aan hen mag komen en dat als dat wel gebeurt, jouw teamleden bij jou terechtkunnen. Dat is stap 1. Stap 2 is dat gesprek ook daadwerkelijk voeren. Dat is lastiger dan je denkt, want het kan best ongemakkelijk zijn als iemand je vertelt over ongepast gedrag van een klant. Wees voorbereid; denk na over hoe je kunt en wilt reageren. Lucht een collega zijn of haar hart bij je en weet je niet wat je moet zeggen? Vraag dan of je iets kunt betekenen. Zegt diegene ja, dan krijg je waarschijnlijk ook een concrete vraag waar je wel of niet iets mee kan. De kans bestaat ook dat iemand ‘nee’ antwoordt, bijvoorbeeld omdat je medewerker al hulp krijgt. Bied dan steun als werkgever door je medewerker de ruimte te geven om geholpen te worden, bijvoorbeeld onder werktijd. Voor wat betreft don’ts: heb het niet continu en zonder aanleiding over seksueel wangedrag. We zijn hartstikke begaan met de slachtoffers, maar met de hele The Voice-affaire vergeten we soms dat dergelijke gesprekken veel impact hebben, juist op diezelfde slachtoffers. Misschien heb je een medewerker die in zijn of haar jeugd misbruikt is, zonder dat jij het weet. Hoe confronterend is het dan dat continu met woorden als ‘verkrachting’, ‘misbruik’ en ‘grenzen aangeven’ gegooid wordt? Voer de gesprekken hierover als het kan een-op-een.”

Lees ook het interview met kapper Willem Jansen en het ANKO infoblad over seksueel grensoverschrijdend gedrag.


Extensions_ANKO

Zijn jouw extensions wel ‘eerlijk’?

In de Nederlandse kappersbranche worden regelmatig extensions, haarwerken en haarstukken gebruikt. Deze zijn gemaakt van synthetisch of echt haar. Helaas worden bij het vervaardigen van deze producten soms mensenrechten geschonden. Hoe zit dat precies en wat kun jij doen om jouw klanten een eerlijk product te bieden?

De ANKO heeft signalen gekregen vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken dat extensions, haarwerken en haarstukken die in Nederland worden verhandeld en gebruikt, afkomstig kunnen zijn uit fabrieken waar Oeigoeren onder dwang moeten werken. Oeigoeren zijn een moslimminderheid in de regio Xinjiang in China. Ze worden onderdrukt en gediscrimineerd door de Chinese regering. Meer dan één miljoen Oeigoeren zijn door China opgesloten in ‘heropvoedingskampen’ in Xinjiang. Dat producten die wij in Nederland gebruiken om onze klanten blij te maken, gelinkt zijn aan dwangarbeid, is natuurlijk niet in de haak.

Nieuwsuur maakte dit item over het leed van de Oeigoeren >

Verantwoordelijkheid nemen

Kappers en haarwerkspecialisten zijn de laatste schakel in de keten voordat zo’n haarproduct naar de consument gaat. Omdat we dus onderdeel zijn van de keten, kunnen we de verantwoordelijkheid op ons nemen om te onderzoeken of de extensions, haarwerken en haarstukken niet gemaakt zijn in fabrieken of in regio’s waar mensenrechten ernstig geschonden worden.

De kans is groot dat bedrijven binnenkort wettelijk verplicht worden om schending van mensenrechten te voorkomen bij de productie van goederen. Zo ver is het nu nog niet, maar de ANKO hoopt dat alle professionele kappers en haarwerkers zich hier nu al op voorbereiden door verantwoordelijkheid te nemen.

Wat kan je doen?

Hoe weet je waar het door jou gebruikte product vandaan komt? Dit kan je op diverse manieren achterhalen:

  • De meest eenvoudige manier is de labels te checken. In het label staat vermeld waar het product is gemaakt. Is het in China gemaakt, vraag dan aan je leverancier of er Oeigoeren betrokken zijn bij de productie.
  • Ook als er geen ‘Made in China’ op het label staat, is het toch van belang om aan de leverancier te vragen waar het product vandaan komt. Het label klopt namelijk niet altijd. Stel de leverancier ook dan de vraag waar het product vandaan komt en of ze kunnen garanderen dat mensenrechten niet geschonden worden bij het vervaardigen ervan.
  • Als de leverancier hier geen uitspraak over kan of wil doen, vraag dan of zij een alternatief kunnen bieden waarvan zij de herkomst wel kunnen garanderen.

Door deze vragen te stellen en kritisch te blijven naar de leveranciers, kunnen we met elkaar zorgen voor eerlijke extensions, haarwerken en haarstukken en eerlijke handel. Bovendien willen jouw klanten toch ook geen extensions dragen waarvan bij de vervaardiging mensenrechten zijn geschonden?


PODCAST: ANKO openhartig bij the.talents

 

Wat is lobbyen nou precies? Hoe goed was de ANKO voorbereid op de corona-crisis? Welke poeslieve actie leidde tot heel veel reuring? En: worden kappers ‘essentieel’ verklaard? Op 24 januari - vlak na de heropening van de kappersbranche, terwijl andere branches nog in lockdown zaten en toen de ANKO nog geen cijfers had over de lockdownschade - hadden Dennis en Danielle Kil een openhartig gesprek met ANKO-woordvoerder Gonny Eussen. Zij gaf een uniek kijkje in de keuken van de ANKO!

Beluister nu de podcast >


Tips_startende_ondernemers_ANKO

Tips van een startende zzp’er!

Claudia Hopstaken (20) opende in 2020 haar eigen salon. Wat zijn haar gouden tips voor jonge starters?

We spraken je vorig jaar toen je – in een onzekere tijd – net begonnen was met je eigen salon. Hoe kijk je daarop terug?

“Het was een spannende stap! Ik ben nog vrij jong, maar had echt de ambitie om een eigen salon te openen. Helaas moest ik na twee weken alweer dicht vanwegen de tweede lockdown. Dat was een onzekere tijd. Gelukkig woon ik nog bij mijn ouders, dus ik had eten en een dak boven mijn hoofd. Daar ben ik dankbaar voor, want in het begin investeer je veel geld. Om de huur van mijn pand te kunnen betalen, leende ik geld. Dat ben ik nu aan het terugbetalen. Dat heb ik nu wel steeds in mijn achterhoofd – zorgen dat ik geld overhoud voor onvoorziene situaties. Ook tijdens de laatste lockdown kreeg ik geen overheidssteun. Ik kon het financieel opvangen, maar ik ben nog steeds heel voorzichtig met waar ik in investeer.”

Hoe bouwde je een klantenkring op?

“Eigenlijk vooral door mond-op-mond reclame. Sint Willebrord is een klein dorp dus mensen kennen je al snel. Zeker als je klanten netjes behandeld en je werk goed doet, dan gaat het snel. Maar ik doe ook veel op social media, bijvoorbeeld voor- en nafoto’s posten van iemands kapsel. Heel handig is dat je op social media al voor een laag bedrag een bericht kunt promoten, dat werkt ideaal.”

Wat heb je als ondernemer de afgelopen tijd geleerd?

“Ik ben van mezelf heel onzeker, maar heb geleerd dat ik het ondanks die karaktertrek wél allemaal doe en kan; een salon runnen. Daarbij moet ik wel zeggen dat ik een fijne familie achter me heb staan die allemaal helpen als dat nodig is. Zo springt mijn moeder bij als het heel druk is in de salon. Dan komt ze koffie schenken of vegen. En mijn oudste zus helpt me met de administratie.”

Je zei in 2021 dat je graag wil groeien en ook stagiairs wil opleiden. Is dat nog steeds je ambitie?

“Dat wil ik nog steeds, maar op de lange termijn. Het is weer een heel andere stap, met medewerkers erbij. Nu eerst maar even zelf alles uitproberen en kijken of ik blijf groeien.”

 

Claudia’s Gouden Tips:

  1. Zet een deel van je inkomen opzij als buffer
    “Dat is een heel belangrijke les voor mij geweest, je weet nooit wat er kan gebeuren.”
  2. Moral support
    “Het heeft mij enorm geholpen dat mijn vriend en ouders achter mij staan. Dat geeft zelfvertrouwen.”
  3. Zorg voor een openingsactie
    “Toen ik openging heb ik dat in de krant laten zetten en mijn salon gepromoot op social media. Iedereen kreeg 10 procent korting bij het eerste bezoekje. Dat helpt om mensen te verleiden tot een eerste bezoekje.”
  4. Realiseer je dat het hard werken is
    “Ik werk zes dagen per week en maak lange dagen. Dat doe ik met plezier! Bedenk dat je meer werkt dan wanneer je in loondienst zit; na het werk beantwoord ik nog appjes, mails en doe administratie.”
  5. Durf te vragen
    “Je staat er nooit helemaal alleen voor. Als je vragen hebt, zal je zien dat er altijd ondernemers zijn die je te hulp willen schieten. Gewoon vragen!”

 


Multitalent_Rodney_ANKO

Multitalent Rodney verlegt zijn grenzen (inclusief video)

Een verhaal over boksen, bowlen en doorzetten

Rodney Ernst (48) houdt van dóén, is vindingrijk en niet voor een gat te vangen. Hij is kapper, ondernemer en haarwerker. Daarnaast runt deze echtgenoot en vader van vier kinderen zijn eigen boksschool en bowlt fanatiek in de late avonduurtjes. Naast successen kent hij ook tegenslagen: hij stopte tot twee keer toe met zijn salon, maar vond elke keer de kracht om door te blijven gaan.

Op het afgesproken tijdstip van het interview laat Rodney weten: “Ik stap nú op de motor, ben aan het rennen en vliegen. Sorry voor het ongemak, ik bel je zo!” Naast zijn werk als kapper en haarwerker, heeft hij ook een boksschool in Rotterdam. Zelf bokste hij vroeger op hoog niveau, maar nu traint en coacht hij beginnende boksers en professionals. Elke ochtend – voordat hij de deuren van zijn salon opent – geeft hij daar les. Ondanks dat hij eigenlijk altijd druk is, klinkt hij monter en is hij bereid te vertellen over zijn opmerkelijke carrière en ervaringen als startend haarwerker.

(Tekst loopt door onder de video)

Handig met de naaimachine

Zijn salon Hairfx in Rotterdam-Noord heeft hij nu bijna vijf jaar en runt hij samen met zakenpartner Benz Siriwipha Manjai. Hij heeft haar vroeger opgeleid en kent haar al twaalf jaar. “Ik ben creatief en bedenk de plannen, maar we doen het samen. Ik kon deze salon ook in m’n eentje opzetten, maar Benz voelt als familie. Het is fijn om het samen met haar te doen.”

De salon trekt een grote verscheidenheid aan mensen, vertelt Rodney. “Klanten met Europees haar, mensen met black hair, weaveklanten, echt iedereen komt hier. Die diversiteit vind ik het allerleukste aan het kappersvak, daardoor blijft het werk steeds een uitdaging en wordt het nooit saai.” Weaven en het maken en zetten van weavebanen doet hij al jaren. “Ik kan goed met de naaimachine overweg en stik zelf met grote precisie hoge kwaliteit weavebanen op elkaar die ik met microringen in het haar zet. Klanten met alopecia vragen soms ook naar volledige haarwerken en of dat vergoed wordt. Dat kon ik tot voor kort niet aanbieden, heel jammer. Ik wil mensen graag helpen.”

Vakwerk

Rodney ging zich hier verder in verdiepen en besloot het traject in te gaan om ANKO erkend haarwerkspecialist te worden. Hij volgde de cursus basishaarwerker en vond dat heel erg leuk. “Je leert dan de basis van het vak.” Verder bracht het traject volgens hem ook veel geregel met zich mee. “Een code aanvragen voor de verzekering, formulieren invullen en de schriftelijke toets doorlopen van de ANKO Sectie Haarwerken,” somt Rodney op. Hierna zal er nog een toets op de locatie plaatsvinden en daarna kan hij pas ANKO erkend haarwerkspecialist worden. Zijn collega Benz neemt een deel van het administratieve werk voor haar rekening en Rodney begeleidt de klanten en maakt de haarwerken.

Of hij deze stap als een businessbooster ziet? “Ja, zeker! Er zijn altijd mensen die een haarwerk nodig hebben. Ik werk samen met een bedrijf waarvoor ik de haarwerken kleur. Daar kan ik nu veel meer mijn eigen business van maken,” licht Rodney toe. Belangrijk vindt hij het om alle tijd te nemen – voor zijn klanten en ook voor zichzelf. “Mijn doel is om echt vakwerk af te leveren van de beste kwaliteit. En dat is niet de volgende dag af. Dat communiceer ik ook naar mijn klanten. Heerlijk vind ik het, om op een rustig moment aan haarstukken te werken.”

Fouten maken mag

Naar eigen zeggen rolde Rodney per ongeluk het kappersvak in. “Vroeger hadden we thuis geen geld voor de kapper. Gelukkig was ik handig; ik knipte het haar van al mijn broers.” Als tiener begon Rodney – naast zijn school – in de kapsalon van een kennis. Hij werkte vervolgens jarenlang als kapper bij Collors Hairstylers in Den Haag, maar hij was op een gegeven moment toe aan iets anders (“alleen maar heren knippen werd saai”) en ging het leger in, waar hij overigens ’s avonds zijn legermaten knipte.

Na anderhalf jaar besloot hij het kappersvak weer in te gaan en opende op zijn 27e zijn eigen salon in Rotterdam. “In deze tijd heb ik als ondernemer alles verkeerd gedaan, wat ik maar verkeerd kon doen”, zegt Rodney over deze periode in zijn carrière. “Vanaf het begin had ik een goede omzet, maar ik keerde mezelf geen loon uit, leefde uit de kas. Ik had helemaal geen financieel plan. Aan het eind van de maand moest ik elke keer weer kijken hoe ik de huur kon betalen. Na vijf jaar ben ik gestopt. Toen heb ik anderhalf jaar in een enorme dip gezeten. ‘Ik kan niet eens een kapsalon draaiende houden’, dacht ik steeds. Ik voelde me een mislukkeling en achteraf gezien was ik depressief. Uiteindelijk moet je jezelf bij elkaar rapen. Doorgaan. Iedereen kan fouten maken, alleen ik rekende het mezelf heel zwaar aan.”
Samen met een vriend begon hij een nieuwe salon Chiq le Frique. “Hij was zakelijk sterk en ik deed de creatieve kant. Dat ging elf jaar goed totdat hij productie wilde gaan draaien: klanten moesten snel en heel efficiënt geknipt worden. Dat kon en wilde ik niet. Toen ben ik in 2018 gestopt en Hairfx begonnen.”

Boksen

De dagen van Rodney zijn vol. In de vroege ochtend boksles geven en vanuit daar op de motor naar de salon. “Tijdens het avondeten probeer ik thuis te zijn, daarna ga ik weer naar de boksschool.” Hij beaamt dat het lange dagen zijn. “Maar ik zie het allemaal niet als werk, dan is het ook niet zwaar.” Zelf bokst hij niet meer, maar beoefende de sport vanaf zijn 17e en is profbokster geweest. “Ik doe alleen de dingen waar ik goed in ben, of waar ik talent voor heb, anders doe ik het niet.” Jaren geleden vroeg de bekende bokser Stephen Danyo of Rodney hem wilde trainen. “Dat wil ik best, zei ik tegen hem, maar ik wil niet achter je aan te hoeven rennen, daar heb ik geen geduld voor, je moet zelf gemotiveerd zijn. Nou dat was hij en toen zijn we gaan trainen.”

Rodney kijkt terug op een mooie tijd. “We boksten wedstrijden over de hele wereld, deden trainingskampen in Miami. Mensen horen dat, je wordt gezien en dan is een eigen boksschool opeens een heel goed idee,” grapt Rodney. “Ik vind het fantastisch om jongens te coachen en hen – op hun eigen niveau – steeds beter te maken.”

Drijfveren

“Het klinkt misschien gek, maar ik ben heel erg op mezelf. Ik houd van mensen en verhalen, maar ik zit altijd erg in mijn hoofd. In mijn vrije tijd wil ik met niemand kletsen en ben ik graag alleen.” In die spaarzame uurtjes gaat Rodney het liefste bowlen en drie jaar geleden werd hij zelfs Nederlands kampioen. “Bowlen doe ik heel fanatiek, want ik wil de beste zijn. Dat drijft mij in alles wat ik doe. Ik ben gewoon niet tevreden als ik ergens niet écht goed in ben. Als ik op de bank hang, dan lig ik meteen te snurken. Ik ben graag bezig. Nu ik ouder word, merk ik nog meer dat ik nog zoveel wil doen, ontdekken en leren.”

Lockdown biedt adempauze

En toen kwam de derde lockdown. Hoe ervaarde hij dat? “Het was heel vervelend! Het kwam voor mij toch ook wel onverwacht. De eerste week van die lockdown heb ik niets gedaan, ik was het even helemaal zat. Met verbazing heb ik gekeken hoe alles in onze buurlanden gewoon kon doorgaan. Voor mij rijmde dat niet met het regeringsbeleid in ons land. Gelukkig kon ik thuis nog íets doen; weavebanen en haarwerken verven. Normaal gesproken ga ik maar door en werk ik tot laat, maar tijdens zo’n lockdown heb je veel minder om handen. Ik heb de tijd genomen na te denken en te kijken hoe ik efficiënter met mijn werktijd kon omgaan, zodat ik wat meer vrijheid heb en bij mijn gezin kan zijn.”